Heldertaal voor juristen

Juridische taal beweegt zich op het scherp van de snede. Elk woord, elk leesteken telt.
Verfijn het voornaamste gereedschap van de jurist, de taal, onder de bezielende leiding van Bureau Heldertaal. In deze flitstraining (duur 1 uur) voor juristen en hun medewerkers houdt u zich intensief bezig met de volgende onderwerpen:

1. Wat zegt de wet over het gebruik van heldere taal?
   Is helder schrijven een modegril? Of vraagt de wet erom? Wat zeggen het Burgerlijk Wetboek, de Hoge Raad en de Europese richtlijnen daarover? En bestaat dat wel: heldere juridische taal?
   
   
2. Het verschil tussen dader en slachtoffer
   Zorgvuldig taalgebruik is genuanceerd taalgebruik. Dat geldt op vele terreinen: ‘Oude vrouw mishandelt/mishandeld’, ‘Ik realiseer me/realiseer zijn laatste wens’. In deze flitstraining: voegwoorden van causaliteit bepalen wie slachtoffer en wie dader is.
   
   
3. Een komma kan een wereld van verschil maken
   Wat is het verschil tussen ‘de mensen die achterin de zaal zaten’ en ‘de mensen, die achterin de zaal zaten’? Een komma meer of minder kan essentiële betekenisverschillen geven.
   
   
4. De perfecte inleiding van uw brief en pleidooi
   Juridische taal moet overtuigen. Met argumenten, maar zeker ook met een zorgvuldige benadering van de lezer of luisteraar. Ook hier is een goed begin het halve werk. Met het klopt-klopt-mooi-model schrijft u een perfecte inleiding van uw brief of pleidooi.
   
   
5. Overzichtelijk schrijven
   Een juridische brief is vaak lang. Hoe structureert u de inhoud voor uzelf en voor de lezer?
   
   
6. De afronding
   De brief is klaar, nu alleen nog de afronding. Wordt het een samenvatting, een conclusie, een advies? Een brief moet je goed afhechten, anders gaat hij rafelen.